Soms draagt hij een piratenhoed en heeft hij een zonnebril op. Zijn baard groeit maandenlang. Hij belt aan voor een kop koffie en vraagt naar mijn vriend. Als hij aan de tafel zit, houdt hij zijn drie jassen aan. In zijn zakken graaft hij naar flesjes frisdrank. Hij heeft altijd zoete flesjes frisdrank bij zich. De meeste mensen die hem kennen, weten dat zijn stemming op en neer gaat en dat dit al heel lang zo is. Verder lezen